Allereerst ontpitten we de kersen en doen we deze in een blender we blenden dit vervolgens helemaal tot pulp. We pakken nu een steelpan en zetten dit op het vuur en voegen de kersenpulp hier aan toe.
Vervolgens gaan alle andere ingrediënten voor de kersen marinade erbij en laten we het geheel zachtjes 20 minuten inkoken. Dit zorgt ervoor dat het zure wegtrekt en het een zacht zoete laksaus wordt met een klein zoutje. Erg lekker.
We ontvliezen vervolgens de spareribs door het uiteinde van een lepel te gebruiken en zachtjes het vlies op de achterkant van de ribben te verwijderen. Hierna mogen ze worden ingerubt met de BBQ rub. Als dat is gebeurd kan de barbecue worden opgestookt naar 130 graden Celsius in de koepel en kunnen de ribben erop. Dit is ook de fase waar je 2 chunks kersen rookhout toevoegt zodat de ribben mooi wat rook op kunnen nemen.
Na een uur op de barbecue mogen de ribben er kort af en pakken we ze in met aluminiumfolie. Dit is ook het moment dat we flink van de marinade toevoegen en zowel een laag onder, als boven op de ribben gieten. We voegen hiernaast 2 eetlepels ongezouten roomboter toe bovenop en hierna pakken we de ribben in.
Hierna garen we de spareribs op dezelfde 130 graden Celsius een uur door. Het vlees wordt in deze fase mooi zacht, maar niet te zacht.
Pak de spareribs na een uur uit. Je zal zien dat de botjes al mooi zijn teruggetrokken wat een indicatie van gaarheid aangeeft. We leggen de spareribs nu terug op het rooster en lakken deze nog even rondom in met de kersen marinade. Vervolgens sluiten we nog voor een half uur de deksel van de barbecue op dezelfde temperatuur. Deze tijd zorgt ervoor dat de saus mooi karameliseert en dat geeft het gewenste plakkerige effect wat je wilt hebben.
Booom, thats it. Je kan je spareribs nu van de barbecue afhalen en serveren. Geniet ervan!